Loading...

Van altaar naar emotiehoek

Er brandt een kaarsje op mijn altaar. Dat de schrijfgoden me goedgezind mogen zijn. Dit is de wens die ik uitspreek wanneer ik het kaarsje licht. Moest ik weten welke goden dit precies zijn, had ik waarschijnlijk ook nog hun naam vernoemd. Maar dit weet ik niet en het maakt me ook niet uit. Mijn altaar is slim genoeg om te begrijpen wat ik precies bedoel en fluistert me toe dat het zal wel lukken en dat ik niet alleen ben. We zijn goede vrienden. Daarom is het ok dat we niet tegelijkertijd evenveel geven en nemen. Soms ben ik het die bloemen meebrengt, schone woorden offreert of een of andere god of kracht voorstel waarvan ik denk dat mijn altaar die wel kan smaken. Andere keren doe ik helemaal niets en ontvang ik zomaar de vibratie van vertrouwen, kracht of moed. Dat we elkaar graag hebben, wil bovendien zeggen dat we kieskeurig zijn met woorden. Enkel diegenen die onze relatie verbeteren, zijn toegestaan. Het zou bijvoorbeeld niet in me opkomen om mijn altaar of afgoden erop te verwensen omdat IK het noorden niet meer kan vinden. Ben ik het toch even helemaal kwijt, dan biecht ik dit gewoon eerlijk op. En dit helpt.

Ik heb niet altijd zo’n constructieve relatie gehad met rituele handelingen. Toen ik als jonge twintiger in India stageliep en niet naast de altaars kon kijken, leken ze me een exotische curiositeit. Interessant om even naar te kijken. Maar niet te lang want ik oordeelde al snel dat ze uitgingen van een goedkope naïviteit waarbij ik enkel een beetje meewarig kon glimlachen. Later toen de ratio het nog meer overnam en ik dacht alles te weten, zette ik zulke dingen helemaal weg spiriwiri-waanzin.

En nu heb ik dus zelf een altaar en heb ik dit tijdens mijn sabbatjaar overal mee naartoe gesleurd. Een stukje rijden, een slaapplaats vinden, mijn altaar opzetten, ’s ochtends de hele rimram terug afbreken om daarna vrolijk terug opnieuw te beginnen. Veel moeite voor alleen maar naïviteit of waanzin! Ik leerde dat rituelen of rituele handelingen -bijvoorbeeld dagelijks kaarsje branden, een gedicht lezen, dankbaarheid uitspreken of je focussen op een bepaalde energie die je wil cultiveren in jezelf- je houvast bieden. Zeker tijdens periodes met veel innerlijke en/of uiterlijke beweging. Hoe het werkt is simpel. Eerst investeer je in je altaar. Je kiest voorwerpen, woorden, handelingen die kracht geven. Je maakt er iets moois van. Daarna laadt het jou op. Waar het eigenlijk om gaat is dat je letterlijk een plek maakt waar je terecht kan met je innerlijke wereld zonder dat er NU iets hoeft te gebeuren of te veranderen. Dit lijkt klein maar is van onschatbare waarde en gaat veel verder dan positieve psychologie of manifestatiedrang.

Ook kinderen hebben behoefte aan zo’n plek en je geeft die plek het best een naam die zij ook begrijpen zoals een ‘emotiehoek’ of ‘rustplek’. Het principe is exact hetzelfde. Tijdens rustige momenten bouw je samen aan deze plek. Je maakt ze mooi, aantrekkelijk, troostend, veilig. Vol met materiaal dat je kind kan helpen om zichzelf te voelen: knuffels, ontspannende geuren, zachte texturen, emotiekaartjes, comfortspeelgoed… Later tijdens moeilijke momenten, dient ze als toevluchtsoord. Dit niet alleen, ook positieve momenten kunnen erin samen gevierd worden.

In een volgende blog ga ik graag verder in op hoe je zo’n plek maakt samen met je kind(eren). Voor nu hoop ik mee de weg vrijgemaakt te hebben voor meer ritueel en minder oordeel. Het fijne is dat we helemaal niet meer gebonden zijn aan strakke (godsdienstige) regels. We zijn vrij en kiezen helemaal zelf hoe we de kracht van traditie gebruiken om in deze tijd meer houvast te voelen. Een liefdevolle connectie met je eigen binnenwereld is een voorwaarde voor deze ‘houvast’ of ‘gedragenheid’. Hierbij is een altaar of een emotiehoek maar een van de vele manieren om aan die behoefte tegemoet te komen. Maar wel een speelse!